foto geesjenijhofAan de keukentafel vertelde onze oudste dochter me over haar perikelen met haar puberzoon. Terwijl ik luisterde kwamen de herinnering aan haar pubertijd levendig bij mij boven. Wat een gelijkenis in gedrag en reageren van haar zoon en haar. Dit gesprek bleef bij mij hangen en ik stelde mij de vraag: “Wat betekent ouder worden en ouder zijn eigenlijk?” En ook: “Wat is de verbinding tussen ouder worden en ouder zijn tussen drie generaties?” Ik kwam uit op het volgende.
Onze dochter is de oudste van vijf en was een gemakkelijk en vrolijk eerste kind. Met al snel de komst van een zusje en vervolgens een broertje en nog twee zusjes vervulde ze al snel haar rol als oudste. Ze was een zorgzaam en flink kind met oog voor de ander. Op school ging het lekker, ze had veel vriendinnetjes en vriendjes, was sportief en muzikaal. Ze zat op handbal in een fijn team, waar ze zichtbaar van genoot.
Op haar tiende verhuisde ze halverwege het schooljaar van een grote stad in het westen van het land naar een dorp in Drenthe.

Een grote overgang voor haar; van een grote multiculturele school naar een kleine dorpsschool waar de meisjes in groep zeven elkaar al vanaf de kleuterschool kenden en een hechte groep vormden. Het deed me toen af en toe pijn te merken hoe hard ze haar best moest doen om erbij te mogen horen. En hoe vaak zij als stadskind werd aangewezen als de gangmaker als er op school iets was voorgevallen tussen de meisjes. Echter -sociaal als ze is- lukte het haar al vlot een eigen plek in de klas te krijgen. Dat stelde me als moeder gerust en in groep 8 was ze weer in rustig vaarwater terechtgekomen.

Hoe anders werd het op de middelbare school. Het was weliswaar mijn eerste puber maar ik had me niet kunnen voorstellen dat deze rustige dochter een “echte puber” werd en zich daar ook naar gedroeg. Een echte leerschool werd het voor ons als ouders, waarvan we in de pubertijd van de volgende vier kinderen veel profijt hadden. Uit die tijd herinner ik me nog de relativerende opmerkingen van mijn vader, die haar activiteiten toch wat milder beoordeelde dan ik. Dat hielp me wel het gevoel kwijt te raken dat ik iets niet goed deed met haar. Met onze oudste is alles prima op zijn pootjes terechtgekomen en we zijn nu oprecht trots op haar.
Door haar komst werd ik ouder en ben ik ik dat nu voor mijn hele leven. Dit bevestigde ze voor mij nog eens toen ze na de geboorte van haar zoon met hem in zijn armen zat en tegen hem zei: “Jij gaat nooit meer weg.” En zo is het; een kind hoe oud ook is altijd met jou verbonden, ook nadat de navelstreng is doorgesneden. Inmiddels is haar zoon twaalf en ook duidelijk geen basisschoolkind meer. In september begon hij als 11 jarige zijn middelbare schooltijd. Hij is -net als zij was- een vroege leerling. Hij had er echt zin in en ging met plezier het nieuwe schooljaar in. Echter ook het puberen, zoals bijvoorbeeld het oprekken van wat mag, het toch doen van dingen die hij nog niet mag van zijn ouders en slechte schoolcijfers niet vertellen, zich stoerder voordoen dan hij is met als resultaat straf op school, is begonnen.
Voor zijn ouders is dit volledig nieuw, want ook hij was een kind dat het op de basisschool prima deed zonder problemen. In gesprek met onze dochter hierover voel en zie ik hoe ze hiermee worstelt en het voor een deel ook relateert aan haar eigen ervaringen in die tijd.
Als we hierover spreken ben ik weer even echt ouder van haar en tegelijkertijd voel ik me ouder, zowel emotioneel maar ook fysiek. Door mijn leeftijd en de inmiddels opgedane ervaring met mijn vijf puberkinderen en de uitkomst is mijn oordeel zoveel milder en kan ik er zo veel rustiger op reageren. Het fijne is ook dat onze kleinzoon gemakkelijk even bij ons kan binnenlopen en op dinsdag altijd na school bij ons eet en huiswerk maakt. Daardoor hebben we mooie gesprekken en merk ik dat hij echt bezig is de wereld te ontdekken. Hij is vooral nieuwsgierig hoe wij omgingen met onze kinderen als ze straf hadden en ook hoe wij wisten wat ze deden.
Eerlijke en open gesprekken leggen dan bloot waar hij mee bezig is. Dat maakt dat wij als grootouders hem ook kunnen ondersteunen in zijn proces. Het voelt echt goed dat hij ons vertrouwt en onze dochter vindt dit fijn. Zelf vertelde zij dingen -die ze ons niet vertelde uit angst voor straf- aan mijn vader. Ze vertelde dat opa nooit boos werd maar haar dan liet inzien dat ze niet goed bezig was. Het lukte haar dan haar gedrag bij te stellen en ze was dan haar schuldgevoel kwijt begreep ik van haar. Mijn hoop is dat het ook bij haar zoon op deze wijze gaat werken.
Ouder worden is fijn. De eerste keer als je een kind(eren) krijgt. De tweede keer als je in de derde of vierde levensfase zit en jouw ervaring kunt delen met kinderen en kleinkinderen. Hiermee ondersteun je je kinderen in het spitsuur van het leven en kun je kleinkinderen een breder perspectief bieden. Dit bredere perspectief ondersteunt hun proces naar de volwassenheid.
Daarmee is wat begon als een gesprek aan de keukentafel met onze dochter voor mij intergenerationeel geworden. Ik wens iedereen toe dit bredere perspectief in te zetten. Daarvoor zijn eigen kinderen en kleinkinderen geen vereiste. Ook in de nabije omgeving van dorp of wijk zijn vast mogelijkheden om deze verbinding te maken. Als het bij je past is het een mooie manier om zingeving te ervaren ongeacht leeftijd.

Geesje Nijhof
22 november 2022